Biografie van de kunstenaar:
Johannes (Johan) Meijer
Geboren te Zwolle 1885
Overleden te Laren 1970
Johan Meijer, geboren op 5 april 1885 in Zwolle en overleden op 29 april 1970 in Laren, was een Nederlandse kunstschilder. Hij woonde tot 1912 in Amsterdam, daarna tot 1925 in Laren op het Zandgat 906, en vervolgens in villa Le Paradou aan de Heideweg 5 in Blaricum. Hij was getrouwd met Alberta Johanna Smetz.
Meijer volgde zijn opleiding aan de School voor Kunstnijverheid in Amsterdam en studeerde van 1907 tot 1910 in de avondklas van de Rijksakademie van beeldende kunsten, eveneens in Amsterdam. Hij stond onder de invloed van zijn leermeester Arnold Marc Gorter, bij wie hij zeven jaar als assistent werkte. Vervolgens zette hij zijn studie voort in Parijs. Gorter's invloed was duidelijk zichtbaar in Meijers werk, dat vooral bestond uit landschappen in een neo-impressionistische stijl.
Tijdens zijn periode in Blaricum koos Meijer vaak de Gooiersgracht als onderwerp voor zijn schilderijen, waarbij hij vooral gefascineerd was door de weergave van bomen en water in verschillende weersomstandigheden. Hij had een bijzondere voorkeur voor het schilderen van berkenbomen en knotwilgen.
Naast zijn werk als schilder gaf Meijer les aan Wilbrandus Joannes Koppius en zijn echtgenote, Alberta Johanna Smetz. Hij was lid van verschillende kunstverenigingen, waaronder Arti et Amicitiae, Sint Lucas te Amsterdam, de Vereeniging van Beeldende Kunstenaars Laren-Blaricum, en de Nederlandse Kunstkring. In 1939 nam hij deel aan de tentoonstelling "Onze kunst van heden" in het Rijksmuseum.